Het ‘we-gaan-op-de-bonnefooi-oh-nee-toch-niet-syndroom’.
Het aanschaffen van een caravan is het beste wat ons ooit is overkomen. Toch knaagt er diep van binnen iets, het gevoel van allesoverheersende burgerlijkheid. Want die caravan, die heeft toch jaaaaaaaren als symbool voor de ultieme saaie-sokken-types gestaan. Wat mij betreft. Ik weet natuurlijk dat het niet zo is, maar toch heb ik het gevoel dat die caravan-gezapigheid gecompenseerd moet worden. En dat resulteert bij ons in het volgende euvel; Het ‘we-gaan-op-de-bonnefooi-oh-nee-toch-niet-syndroom’.
Lekker avontuurlijk
Waar het op neer komt; het godganse jaar zeggen we dat ‘we heus geen camping boeken. We gaan lekker op de bonnefooi. Lekker avontuurlijk en jong. Wij zijn zoooo flexibel. Het maakt ons echt niets uit, we hebben het óveral wel leuk. En het moet natúúrlijk wel mooi weer zijn. We hebben dan wel een caravan, maar we zijn nog steeds cool.’ Juist.
Het besluit
En dan; twee weken van tevoren is het bal. We besluiten ineens dat we naar een bepaalde regio gaan. Op de een of andere manier kunnen we vier maanden van tevoren niet bedenken dat je twee weken van tevoren óók niet kunt weten of het lekker weer wordt tijdens je vakantie. Maar we hakken nu dan toch resoluut de knoop door. ER IS BESLOTEN, WE GAAN NAAR ZEELAND!
Google-zweet
Vanaf dat moment worden we toch ietsjes zenuwachtig. Is er wel plek? Staan we niet tussen de stacaravans of chalets? Het is toch wel aan een leuk veld? Ik kan je vertellen, dan wordt er koortsachtig een paar avonden gegoogled met zweet op het ruggetje, want alle leuke plekken zijn natuurlijk al weg…
One down…
Maar dan toch – we vinden een pareltje waar nog een plekje voor ons is. Hop, reserveren. ‘Het had zo moeten zijn’, zuchten we semi-ontspannen en we trekken alvast een flesje open om het te vieren. Maarrr; we zijn nog niet klaar. Want we gaan drie weken op vakantie. Er moeten nog TWEE andere campings gevonden worden. He? Wat?
Weekgebeuren
Wij staan namelijk niet twee of drie weken op dezelfde camping. De afgelopen drie jaar (dus zolang we de caravan hebben) staan we vaak niet veel langer dan een week op één dezelfde plek. Dit is mogelijk een beetje een kip-ei situatie. Dat weekgebeuren zou kunnen komen door onze korte spanningsboog. Een weekje is lang zat. Het zou ook kunnen komen omdat als je zo kort van tevoren boekt, de plaatsen maar een week beschikbaar zijn. Daarna hebben andere mensen ‘m al geboekt. Je wéét het niet.
Toch boeken
Hoe dan ook, de afgelopen jaren in het ons gelukt om deze 1000-stukjespuzzel van complexte factoren in elkaar te leggen en hebben we geweldige vakanties gehad. Toch is er in de familievergadering besloten (de kinderen hebben ook ineens een mening enzo) dat we langer op één plek gaan staan. De meiden vinden het stom om elke week weer afscheid te moeten nemen van hun vriendjes. En wij vinden het eigenlijk ook niet zo heel leuk om drie keer een kampement op te bouwen en weer af te breken.
Dit betekent dus; van tevoren boeken – als we verzekerd willen zijn van twee of drie weekjes op dezelfde plek.
Kampeer-bindingsangst
Ik moet nog wel een beetje aan het idee wennen. Je zou het kampeer-bindingsangst kunnen noemen, maar ik vind het stom dat ik rond de Kerst al moet gaan bedenken waar we naartoe gaan in de zomer. En door die last-minute-boek-stress als bijwerking van ons syndroom, zoek je wel verder dan je aanvankelijk zou doen. Daarmee kom je op plekken die je anders nooit zou hebben geboekt. Zo hebben wij het fantastische Zeeuws Vlaanderen ontdekt, waar zoveel ruimte is dat er altijd wel plek is 😉
Geen idee
Maar eerlijk is eerlijk. Ik kan niet beloven dat ik tijdens de jaarwisseling mijn vakantieplannen al met jullie kan delen. Waarschijnlijk roepen we deze keer alsnog driekwart jaar dat ‘we nog geeeeen idee hebben’. En dan gaan we uiteindelijk gewoon weer naar Zeeland 🙂
-0 Reactie-